donderdag 31 oktober 2013

Nederland leest... Erik of het klein insectenboek

Nederland leest... Erik of het klein insectenboek
Ook in 2013 geven de openbare bibliotheken hun leden een boek cadeau tijdens de grootste leescampagne van Nederland. Om samen te lezen, om samen over te praten. De klassieker van Godfried Bomans ligt klaar voor bibliotheekleden van vrijdag 01 november tot en met zaterdag 30 november en wordt gratis verstrekt.
Erik of het klein insectenboek: cadeau van de bibliotheek

woensdag 30 oktober 2013

Judith Koelemeijer komt naar Oss

Zomer 1985. Zes meisjes vieren vakantie op het Griekse eiland Paros. Ze hebben net eindexamen gedaan en het leven lijkt één grote belofte. Totdat er de laatste nacht een noodlottig ongeluk gebeurt. Judith Koelemeijer was één van hen en schreef hierover het autobiografische boek ‘Hemelvaart, op zoek naar een verloren vriendin’.

Op uitnodiging van de Bibliotheek Oss en Boekhandel Derijks vertelt Judith Koelemeijer op maandag 18 november 2013 over haar boek ‘Hemelvaart, op zoek naar een verloren vriendin’. De lezing vindt plaats in zaal  De Linck (Muzelinck)

Judith Koelemeijer Marcel IsraelMarcel Israel
Onvergetelijk is het beeld van de vriendinnen op de terugreis: gevijven staan ze aan dek. Met zes rugzakken en een doodskist. Net als in ‘Het zwijgen van Maria Zachea’ (2001), het succesvolle debuut van Judith Koelemeijer, en net als in haar tweede boek ‘Anna Boom’ (2009) onderzoekt ze wat er precies gebeurd is, en hoe het gaat met de betrokkenen van destijds. Ruim vijfentwintig jaar later bezoekt ze haar vriendinnen van vroeger, de Duitse en Griekse jongeren die bij het ongeluk betrokken waren en beschrijft de impact die het ongeluk had op de ouders van haar vriendin Annette. Het blijkt dat iedereen een andere versie van de gebeurtenissen heeft opgeslagen. Waarom lopen hun herinneringen aan die fatale nacht zo uiteen? (Bron Bibliotheek Maasland)

Dit boek is te leen in de mediatheek

maandag 21 oktober 2013

Kader Abdolah komt naar het TBL

Op maandag 16 december om 12.30 komt Kader Abdolah naar het TBL in het kader van de literaire  middag voor Havo leerlingen.


Kader Abdolah wordt geboren op 12 november 1954 in Arak, een stad in Iran. Kader Abdolah is een pseudoniem; zijn eigenlijke naam is Hossein Sadjadi Ghaemmaghami Farahani. Zijn vader is tapijtknoper en doofstom. Omdat zijn vader vanwege zijn handicap veel dingen niet kan, wordt van Abdolah als oudste zoon verwacht dat hij hem zo veel mogelijk vervangt. Hij regelt de zaken voor het gezin en treedt op als tolk voor zijn vader. Hij herinnert zich zijn jeugd als een vreselijke tijd. Hij had weinig tijd om te spelen en kon niet echt kind zijn. 'Als kind las ik boeken waarin kinderen op de rivier speelden met een roeibootje. Daar verlangde ik hevig naar. Het was mijn droom in een bootje weg te varen' ( De Morgen , 27 maart 1997).
De opvoeding van Abdolah wordt bepaald door een strenge geloofsovertuiging. Abdolah mag daarom niet naar cafés en niet met meisjes praten. Als hij vijftien jaar is, wordt hij verliefd. Hij twijfelt aan het bestaan van God en wil een test doen. 'Ik schreef in mijn dagboek: "God, ik ben verliefd op dat meisje, ik wil haar nu op de hoek van de straat zien - als zij er is, dan besta jij." Ze kwam niet en God was voor mij verdwenen' (NRC Handelsblad , 12 augustus 1995). Ook westerse literatuur is in het gezin verboden. Maar als hij twaalf is, begint hij deze toch in het geheim te lezen. Lezen is belangrijk voor hem, evenals schrijven. Hij houdt lang een dagboek bij. Abdolah wil schrijver worden. Zijn grote voorbeeld is zijn overgrootvader, die dichter was (en premier) en gezien wordt als de grondlegger van de moderne Perzische literatuur. Hij werd vermoord door aanhangers van de sjah.
Van 1972 tot 1978 studeert Abdolah natuurkunde in Teheran. Hij raakt betrokken bij een ondergrondse communistische partij, waarmee hij zich wil verzetten tegen het bewind van de sjah en later tegen dat van Khomeini. Zijn neef wordt gedood, twee zussen van hem worden gearresteerd. Na zijn studie is hij directeur van een emballagefabriek en blijft hij politiek actief. Abdolah schrijft begin jaren tachtig twee boeken onder zijn pseudoniem (dat de naam is van een vermoorde vriend) over de onderdrukking van de Koerden in Iran. Deze boeken worden verboden en als men erachter komt dat hij de schrijver is, vlucht hij naar Turkije (in 1986). Hij wil graag naar Amerika om daar een groot schrijver te worden, maar in plaats van in Amerika komt hij in 1988 in Nederland terecht, in een asielzoekerscentrum in Apeldoorn.
In Nederland pakt hij het schrijven op. De taal leert hij snel. Hij begint met het lezen van eenvoudige boeken, zoals Jip en Janneke van Annie M.G. Schmidt. Om de taal beter te leren studeert hij een jaar Nederlands aan de Universiteit van Utrecht. Hij heeft veel discipline nodig om te kunnen schrijven. Ook in zijn verdere dagelijks leven heeft hij veel zelfdiscipline: zo vertelde hij dat hij met veel zelfbeheersing per dag één sigaar rookt, die hij in stukjes knipt zodat hij er op meerdere momenten van de dag van kan genieten. Als teken van intellectualiteit draagt hij een snor; het is ook een teken van verzet: 'Wie een snor heeft, verzet zich' ( De Stem , 29 december 1995). Lange tijd woont Abdolah in Zwolle, waar hij bij het Gemeentearchief werkt. In 2004 verhuist hij met zijn gezin naar Delft, als fulltime schrijver . In januari 2008 wordt hij in Frankrijk benoemd tot Ridder in de Orde van de Kunsten en de Letteren.
In het najaar van 2008 verzorgt Abdolah vele lezingen in het land, naar aanleiding van zijn vertaling van de Koran en is hij gastschrijver aan de Rijksuniversiteit Groningen. De faculteit Godgeleerdheid en Godsdienstwetenschappen van deze universiteit maakt dan bekend hem een eredoctoraat toe te kennen omdat hij er 'als geen ander in is geslaagd het andere gezicht van de islam voor een breed publiek te laten zien'. (Bron: uittrekselbank Biblion auteursportret

Krantenbank

Het TBL heeft een abonnement op de krantenbank.
Je kunt hier online mee oefenen.