woensdag 15 december 2021

P.C. Hooft-prijs 2022 voor Arnon Grunberg

 Zijn personages zijn vaak hoekig. Ze hebben goede bedoelingen, maar ook iets duisters. Voor zijn volledige proza krijgt Arnon Grunberg nu de P.C. Hooft-prijs 2022. De vijftigjarige schrijver is een van de jongste winnaars ooit.

In een brief, helemaal aan het begin van zijn carrière, schreef Arnon Grunberg dat hij ooit de P.C. Hooft-prijs zou winnen. Nu is het zover: de jury heeft zojuist unaniem de P.C. Hooft-prijs 2022 voor verhalend proza aan hem toegekend. Het is een van de belangrijkste oeuvreprijzen binnen de Nederlandse literatuur, goed voor 60.000 euro.



De schrijver is vereerd, laat hij schriftelijk weten. “Ik dacht meteen aan mijn ouders. Niet op een droevige manier, maar ik stelde me voor hoe trots zij zouden zijn geweest. Mijn ambities en prestaties zijn onlosmakelijk verbonden met mijn opvoeding en met de verwachtingen die mijn ouders van mij hadden.”

Een voetnoot bij moeders oorlogsherinneringen

Grunberg debuteerde in 1994 met Blauwe maandagen, een tragikomische, autobiografische roman over een jongeman die mislukt op school en dan troost zoekt in drank en hoerenloperij. In het boek stipt de Joodse schrijver ook de oorlogstrauma’s van zijn ouders aan.

Zijn moeder Hannelore Grünberg-Klein, zes jaar geleden overleden, overleefde drie kampen. Grunberg had een moeizame, maar intensieve relatie met de grillige en veeleisende vrouw. Hij deed zijn eigen werk ooit af als een voetnoot bij haar boek met oorlogsherinneringen, Zolang er nog tranen zijn, dat vlak na haar dood verscheen.

De juryleden zijn daarentegen uitgesproken lovend over hem. Ze roemen de schrijver om zijn ‘ongeëvenaarde ambitie, productiviteit en intellectuele kracht’. “Hij is obsessief in zijn zoektocht naar het liefdevolle in de mens en nietsontziend waar het de duistere kanten van het bestaan betreft. In zijn romanuniversum heeft hij een eigen stijl, taal en grammatica ontwikkeld waarin hij gruwel en tederheid, satire en oprechtheid met elkaar weet te verenigen.”

Start poëzieweek 27 januari 2022

 

In 2022, een lustrumeditie van de Poëzieweek, schrijft niemand minder dan Ramsey Nasr het Poëziegeschenk. Het thema van de tiende Poëzieweek is ‘natuur‘ en heeft als motto deze woorden van Nasr: ‘bloesemingen en overvloed’.
De Poëzieweek 2022 start op Gedichtendag, donderdag 27 januari, en loopt t.e.m. woensdag 2 februari.


Ramsey Nasr (Rotterdam, 1974) is dichter, schrijver, acteur en regisseur.

Hij studeerde in 1995 af aan de toneelschool Studio Herman Teirlinck in Antwerpen met de zelfgeschreven monoloog De Doorspeler. Antwerpen bleef lange tijd zijn woonplaats, tegenwoordig woont hij in Amsterdam.

In 2000 debuteerde Nasr als dichter met de bundel 27 gedichten & Geen lied. Zijn tweede dichtbundel, onhandig bloesemend (2004), werd bekroond met de Hugues C. Pernath-Prijs. In 2005 werd Nasr benoemd tot stadsdichter van Antwerpen. De stadsgedichten werden in 2006 gebundeld onder de titel Onze-lieve-vrouwe-zeppelin. Eind april 2007 ontving Ramsey samen met Tom Lanoye en Bart Moeyaert een eredoctoraat van de Universiteit Antwerpen. Zij ontvingen de onderscheiding voor hun werk als stadsdichters.

Een grote verzamelbundel van zijn poëzie verscheen in 2009: Tussen lelie en waterstofbom. In 2010 werden poëziebloemlezingen gepubliceerd in het Engels en het Georgisch.

Op 28 januari 2009 (Gedichtendag) werd Ramsey voor een periode van vier jaar benoemd tot Dichter des Vaderlands. Hij trad hiermee in de voetsporen van Gerrit Komrij en Driek van Wissen. In het najaar van 2011 verscheen Mijn nieuwe vaderland, een bloemlezing uit zijn vaderlandse gedichten tot dan toe, aangevuld met opiniestukken. Voor deze bundel ontving hij op in 2012 de E. du Perronprijs 2011.

Op Gedichtendag 2013 verscheen ter gelegenheid van zijn afzwaaien als Dichter des Vaderlands bij De Bezige Bij de 300 pagina’s tellende dichtbundel Mi have een droom, een verzameling van alle vaderlandse gedichten en opiniestukken. In april van dat jaar werd aan Nasr de Gouden Ganzenveer 2013 toegekend. De jury roemde hem om zijn taalkundige veelzijdigheid.

Ramsey Nasr is te gast in de januariaflevering (2022) van de podcast Beeldspraak (Poëziecentrum) en hij vertelt al zijn geheimen over het dichterschap in het januarinummer (2022) van  Poëziekrant.

Thema: ‘Natuur’

Het voorbije jaar hebben we met zijn allen opnieuw de natuur ontdekt. Niet zozeer de ver-weg-natuur of de hoge-bergen-natuur, maar wel de vergeet-me-nietjes-natuur, de wandel-je-mee-natuur, de hoeveel-vlinders-tel-jij-in-jouw-tuin-natuur, de laten-we-samen-over-een-beekje-springen-natuur. We hebben het avontuur in onze achtertuin herontdekt, de schoonheid van onze beken en bossen, vogels die we gisteren niet hoorden, eekhoorns die we niet meer zagen. We werden weer verliefd op onze vierkante meter tuin, de geraniums op ons balkon.

Tijdens deze Poëzieweek laten we ons verrassen door lieveheersbeestjeswoorden, door slingerplantzinnen en varenverzen. We fluisteren gedichten om de dieren te verwarmen in hun winterslaap, we laten onze woorden waaien in de wind. We geven taal aan wat we belangrijk vinden en willen bewaren. We zingen luid over een groene toekomst, vol bloesemingen en overvloed.